In nauw overleg met de organisatie van de Dutch Grand Prix, het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, Inspectie Leefomgeving en Transport en betrokken vliegbedrijven zijn de speciale routes ontwikkeld die een veilige en efficiënte begeleiding van het extra en gebruikelijke vliegverkeer mogelijk maken. Deze routes lopen zoveel mogelijk om natuurgebieden heen.
Alleen vliegtuigen en helikopters die vooraf toestemming hebben gekregen en maatschappelijke diensten, zoals politie- en traumahelikopters, hebben toestemming om in het luchtruim rondom de Dutch Grand Prix te vliegen.
Van 22 tot 25 augustus worden in het luchtruim boven Zandvoort zogenoemde ‘tijdelijke gebieden met beperkingen’ ingesteld. Op 22 augustus betreft dit een klein gebied boven het circuit van Zandvoort, voor filmopnames van de Dutch Grand Prix organisatie in aanloop naar de race. Van 23 tot en met 25 augustus betreft dit het gebied boven het circuit, het duingebied en een stukje van de Noordzee dat loopt van de provinciegrens tussen Noord- en Zuid-Holland in het zuiden tot net boven het Noordzeekanaal in het noorden. Voor alle gebieden geldt dat deze niet toegankelijk zijn voor recreatief vliegverkeer en andere civiele luchtvaarttuigen zoals drones, luchtballonnen, kabelvliegers en parachutespringers.
Voor helikopters van de Dutch Grand Prix heeft LVNL speciale (tijdelijke) routes ontwikkeld van en naar de Helispot die naast de golfbaan in Zandvoort ligt. Helikopters moeten via vaste punten het aangewezen luchtruim in- en uitvliegen. Voor reclamesleepvluchten en foto- en commerciële rondvluchten heeft LVNL een speciale (tijdelijke) route ontwikkeld. Deze vliegtuigen volgen een route die loopt vanuit het noorden langs de kust naar het zuiden en een mogelijkheid om binnen het gebied terug te keren naar het startpunt van deze route. De vluchten mogen niet verder landinwaarts dan het strand vliegen en zijn gebonden aan eenrichtingsverkeer en een hoogte restrictie van 1400 voet (420 meter).