De kerntaak van LVNL is het geven van luchtverkeersdienstverlening. Veiligheid is altijd randvoorwaarde en daarbinnen zoeken we naar de juiste balans met efficiëntie en milieu.
Het managen van veiligheid betekent het minimaliseren van de risico’s bij het afhandelen van (civiel) vliegverkeer in het Nederlandse luchtruim.
Luchtvaartveiligheid is voor ons het voorkomen van botsingen in de lucht of op de grond. We zijn er trots op dat we de veiligheid in de lucht zodanig beheersen, dat de veiligheid gewaarborgd blijf terwijl het vliegverkeer groeit. Voorvallen worden gemeld, met het doel er van te leren en het risico van dergelijke voorvallen in de toekomst te verkleinen.
De operatie moet in eerste instantie veilig zijn, daarna wordt geoptimaliseerd naar efficiency en milieu. Dit zit in de haarvaten van de organisatie, van het bestuur tot aan de luchtverkeersleiders en de ondersteunende afdelingen. LVNL werkt continu aan het verder verbeteren van het veiligheidsniveau.
Het veiligheidsmanagementsysteem is een middel om de veiligheid op een acceptabel niveau te houden. Luchtvaartveiligheid maakt daarbij onderscheid tussen interne en externe risico’s.
Op strategisch niveau worden afspraken en regels over veiligheidsmanagement vastgelegd. Bijvoorbeeld regelgeving en veiligheidsbeleid.
Op tactisch niveau zijn de randvoorwaarden vastgelegd om de veiligheidsprocessen te kunnen controleren. Op dit niveau zijn ook de procedures voor het melden, registreren en toetsen van alle relevante gebeurtenissen vastgelegd. Wijzigingen worden op eerst getoetst op veiligheid voordat ze worden doorgevoerd.
Op operationeel niveau is geregeld hoe de operatie in de dagelijkse praktijk wordt gemanaged. Dit betekent onder andere voldoende en gekwalificeerd personeel aanwezig, meteorologische informatie beschikbaar, apparatuur correct en werkend, alle procedures bekend (ook de noodprocedures), afspraken met naburige luchtverkeersleidingscentra in werking en maatregelen om de verkeersstroom te kunnen beperken beschikbaar.
Onze primaire taak op het gebied van veiligheid is dat er voldoende afstand (separatie) is tussen vliegtuigen (inclusief vliegtuigen met voertuigen op de grond). De luchtverkeersleiding meldt voorvallen die in de praktijk optreden met als doel om hiervan te kunnen leren en het risico van zo’n voorval in de toekomst te verkleinen. Binnen LVNL worden alle gemelde voorvallen onderzocht om de veiligheid continu verder te kunnen verbeteren.
Vanuit deze onderzoeken worden vervolgens gerichte aanbevelingen gedaan voor verdere veiligheidsverbetering. Het voorvallenonderzoek gaat over een breed scala aan voorvallen met wisselende ernst. Bijvoorbeeld: een laserstraal op de toren van Maastricht, een luchtruimschending van het naderingsgebied van Schiphol, een runway incursion op Rotterdam, een voorzorgslanding op Groningen, een push-back zonder klaring, twee vliegtuigen die te dicht bij elkaar vliegen of een onaangekondigde brandstoflozing.
Wij gebruiken cookies voor een goede werking van de site en o.a. voor webstatistieken.
Info